...bevat 3109 foto's

Verslag klankbordgroep Borgharen/Itteren 28 januari 2009

09 februari 2009

 

VERSLAG KBG/BHIT2009/001

Van het overleg van de klankbordgroep Borgharen-Itteren e.o., Projectbureau
Grensmaas B.V. gehouden op woensdag 28 januari in de Aw Sjoal in Itteren.


Aanwezigen:
De heer R. Smeets (omgeving)
De heer L. Schoutrop (omgeving)
De heer W. Dupont (omgeving)
De heer S. Bastings (omgeving)
De heer H. Hamakers (omgeving)
Mevrouw S. Janssen (Maaswerken)
De heer H. Gielen (NV De Scheepvaart, agendalid)
De heer G. van Voorden (Maaswerken)
De heer H. Goessen (gemeente Maastricht)
De heer P. Roomberg (Staatsbosbeheer)
De heer J. Van Uden (Consortium Grensmaas B.V.)
De heer P. Adams (Consortium Grensmaas B.V.)
De heer K. Moree (Consortium Grensmaas B.V., voorzitter)

 

Afwezigen:
De heer T. Wijnands (omgeving)
De heer C. Poolen (omgeving)
Mevrouw R. Kuppers (gemeente Meerssen)

 

Opening en mededelingen
In mei vindt een informatieavond voor de inwoners van Borgharen plaats. Maandag 9
maart was aanvankelijk geprikt als datum voor die avond. Op verzoek van T. Wijnands
is die avond verplaatst naar een nog nader te bepalen datum in mei. Alle leden van de
klankbordgroep zijn dan welkom, net als de inwoners van Itteren, Bunde en
Voulwames.
De eventuele aanleg van de visvijver is geen zaak van Consortium Grensmaas. Dat
onderwerp ligt voor nader overleg bij Maastrichts wethouder W. Hazeu en
gedeputeerde B. Kersten.
Op verzoek van wethouder Hazeu wordt er op dit moment door Consortium
Grensmaas een notitie geproduceerd over de ongelijkvloerse kruising bij Op de Bos.
Natura 2000 is geen zaak van Consortium Grensmaas. Als daar vragen over zijn,
beantwoordt de heer Roomberg die in zijn hoedanigheid als vertegenwoordiger van
Staatsbosbeheer, die de toekomstige natuur in Itteren in handen krijgt.
In mei organiseert het Consortium voor de klankbordgroepen een excursie naar het
natuurgebied Geldersepoort. Nadere informatie volgt zo snel mogelijk.
Mededeling H. Gielen: de officiële start van de werkzaamheden aan de Vlaamse
Maasoever ter hoogte van Itteren is 15 januari geweest. De bomen en struiken in de
zomerbedding worden gekapt. De oever wordt vervolgens zo’n dertig meter verbreed.
Om stofoverlast te voorkomen moet dat karwei in het vroege voorjaar al zijn afgerond.
Vrijdag 20 maart is er in de Euroscoop in Lanaken een mini-symposium over de
aanpak van de Maas aan Vlaamse zijde.

 

Vaststellen agenda
Er worden geen nieuwe agendapunten ingebracht.

 

Verslag vorige vergadering, actiepunten
Er zijn geen op- of aanmerkingen over verslag. Het actiepunt over de bereikbaarheid
van de landbouwpercelen is afgehandeld. Daarover is overleg geweest tussen
projectleider J. van Uden en de drie betrokken landbouwers. De bestaande werkweg
richting Hartelstein biedt de ontsluiting voor de landbouwgebieden ten noorden van het
gronddepot.

 

Voortgang en uitvoering locatie Itteren
Projectleider Van Uden van Consortium Grensmaas geeft een uiteenzetting over de
stand van zaken. De aanleg van het verwerkingsbekken is voor kerst afgerond. Het bekken is waterdicht. Op dit moment wordt de damwand in het Julianakanaal weer verwijderd, waarmee ook
de invaart is gerealiseerd. Dinsdag 3 februari arriveert de Merwede 23. Die baggermolen en verwerkingsinstallatie moet eerst weer opgebouwd worden voordat met de ontgrinding in het
verwerkingsbekken kan worden begonnen. Dat is gepland voor april. In die maand moet ook het grinddepot klaar zijn. Op de locaties Emmaus I en II vindt nu archeologisch onderzoek plaats. Ten noorden van Itteren zijn geluidswerende voorzieningen aangelegd.

 

Thema natuurbeheer en natuurontwikkeling en omgevingsvragen over dat
onderwerp

Een van de vragen die in het kader van dit thema door S. Bastings werd gesteld, had betrekking op de zogenaamde overbeveiliging van Itteren. De rivierbeveiliging in Itteren verkleint het risico op een nieuwe overstroming meer dan de norm van één keer in de 250 jaar. Dat betekent niet dat daarmee extra ruimte ontstaat. De waarden voor Itteren zijn Consortium Grensmaas opgelegd door de overheid.

 

Bijdrage P. Roomberg (Staatsbosbeheer):

 

Itteren

  • Totaal toek. natuur ± 205 ha
  • stroomgeulverbreding ± 75 ha
  • weerdverlaging ± 15 ha
  • onvergraven weerden ± 65 ha
  • dekgrondberging ± 50 ha

 

Borgharen

  • Totaal toekomstige natuur ± 135 ha
  • stroomgeulverbreding ± 35 ha
  • weerverlaging ± 25 ha
  • onvergraven weerd ± 40 ha
  • dekgrondberging ± 35 ha

 

Na uitvoering Grensmaasproject zullen de ‘eindbeheerders’ RWS en SBB in onderlinge afstemming de beheertaken ter hand nemen. Centrale opgave: veilige en gunstige omstandigheden creeren en behouden voor een zo natuurlijk mogelijk functionerend riviergebied via een daarop afgestemd natuur- en rivierbeheer (conform Europees en rijksbeleid: Kaderrichtlijn Water (KRW), Natura-2000, Ecologische hoofdstructuur).

 

Wat mogen we verwachten?

  • Maasdorpen komen midden in de natuur te liggen
  • Natuurbeheer volgens het leidend principe van natuurontwikkeling
  •  
    • sleutelprocessen :
      • grote grazers + vrije rivierwerking
      • menselijke invloed beperkt tot activiteiten m.b.t.:
        • praktisch kuddebeheer (dieren, rasters);
        • hoogwaterbeheer (garanderen doorstroming, vuil ruimen)


Resultaat:

Diverse natuur- en landschapsbeelden door continue veranderingen onder invloed van begrazing en rivierdynamiek:

  • Begrazing zal structuurvariatie brengen in het landschap tussen open en meer besloten delen.
  • Ruimte voor de Maas met z’n grillige peilschommelingen vergroot dynamiek tussen droog en nat en stimuleert uitslijtprocessen (erosie) en afzettingsprocessen (sedimentatie).
  • Eindoplevering (bodemgesteldheid, afwerkhoogtes, ..) vormt ‘startsituatie’ natuur:


Voorspelde ecotopen rond Borgharen/Itteren/Voulwammes

  • Rivierbed met:
    • diepe en ondiepe beddingen,
    • nevengeulen en grindbanken
  • Open water van:
    • rivieren en beken;
    • beekmondingen en geïsoleerde plassen
  • Bankzones met:
    • lage oevers, hoge grindbanken en zandruggen
  • Lage weerden met:
    • met natte stroomdalgraslanden,
    • lage weerdruigten,
    • zachthoutstruweel en zachthoutooibossen
  • Hoge weerden met:
    • hogeweerdgraslanden/ droge stroomdalgraslanden
    • hogeweerdgrindbanken, -zandruggen en –leempakketten,
    • hogeweerdruigtes,
    • hardhoutstruweel, broekbossen en hardhoutooibossen


Te verwachten nadrukkelijke landschapsbeelden

  • Nieuw:
    • een natuurlijk (ogend) rivierbeekdal: een vrij stromende Maas met meestromende (neven)geulen, beken en beekmondingen;
    • maasdorpen, letterlijk omkaderd, in het groen,
    • lage delen met hogere overstromingsfrequenties: (begraasde) ruige graslanden in landschap met opgaand struweel en snelgroeiend wilgenbos;
    • hogere delen (oostelijke zijde): opgaand struweel met grazige delen en doorgroeiend bos
  • Blijvend:
    • markant Julianakanaal, uitstijgend boven het gebied, dwars op Geuldal.
  • Afnemend/verdwijnend:
    • een volstrekt open agrarisch cultuurlandschap
  • Unique selling points:
    • dorpen midden in de natuur en toch dicht bij de stad, leesbaarheid rivierlandschap (vanaf dijken en kanaaltaluds); schakelpunt Grensmaas met Beneden-Geuldal en  land- goederenzone; kasteelhoeve Hartelstein (Emmaus), Kanjelbeek en Geul.


Planten en diersoorten:
Veel over gepubliceerd. Zie bijvoorbeeld onderzoek ‘ Maas in Beeld’ en publicaties NHG. Veel algemene soorten maar ook zeer specifieke, aan deze milieus gebonden soorten. Opmerkelijk: veerkracht van de natuur in dit riviersysteem: op eigen kracht komen veel bijzondere soorten terug!


Constatering:

  • landschappelijke verscheidenheid en biodiversiteit zal vanaf het begin groot zijn en verder toenemen in de loop van de tijd;
  • verschuiving in ecotopen in tijd en ruimte;
  • Maas terug in beeld als levensader van de natuur, bijvoorbeeld als rustplaats bij vogeltrek.

 

Opvattingen en uitgangspunten Staatsbosbeheer
In lijn met het natuurbeheerplan van de provincie (POL-Grensmaas):

  • Milieucondities:
    • Niet de cultuurhistorie maar de abiotiek als leidend principe: zo grootste toename biodiversiteit;
    • Nadrukkelijk aandacht voor bevorderen gunstige milieucondities zoals schonere Maas (drijfvuil en waterkwaliteit) en plaatselijk kweldruk.
    • Geen bomen aanplanten en geen dieren introduceren, afgezien van grote grazers (paard, rund)
  • Morfologie:
    • geen grote ingrepen (graven, ophogen, plaggen,..) na eindoplevering
  • Natuur/ biomassa:
    • zo min mogelijk aanvullend beheer (bv. kappen van bos); prevaleren van natuurlijke verjonging door begrazing en natuurlijke processen zoals afsterven, windworp of onderspoelen.
  • Begrazing:
    • maximale toegankelijkheid voor mens en dier (integrale begrazing);
    • streven naar één grote Grensmaaskudde: na opbouwfase (uiterlijk rond 2025) moet compartimentering in verschillende begrazingseenheden via goede en doorgaande verbindingen beëindigd zijn; Ter hoogte van Itteren tevens eenecologische verbinding met de landgoederenzone (faunapassage Grensmaas-Geuldal);
    • bij voorkeur samenwerking in praktisch kuddebeheer met lokale ondernemer (boer); zeker in de opbouwfase gewenst.
  • Recreatie:
    • Motiefgroepen: liefhebbers, gezelligheidszoekers, er-even-tussen-uit., liefhebbers (struin)natuur.
    • Goed toegankelijk natuurgebied; opengesteld voor natuurgerichte recreatie.
    • Omgevingsgerichte benadering vanuit oogpunt van gastheerschap:
      • Gedragsregels op de toegangsborden worden positief geformuleerd (wat is toegestaan);
      • Voorlichting & educatie: gebied kan door groepen benut worden voor educatie, voorlichting of sportieve activiteiten. Structurele activiteiten in overleg met Staatsbosbeheer. Geen evenementen of andere groepsactiviteiten zonder melding vooraf (eventueel vergunning van beheerder(s)/bevoegd gezag).
      • Speelplekken in de natuur;
      • Ideeen?? Bv. paleontologische speelplek/practicum bij Romeinse villa en bandkeramische vindplaats?
      • Uitgangspunt : geen zoneren/beperking in toegankelijkheid voor bezoekers tenzij strikt noodzakelijk voor behoud/ontwikkeling van leefmilieu van kwetsbare soorten of veiligheid
  • Samenvattend: een aantrekkelijk landschap vol rust en ruimte met:
    • Struinnatuur: volledige openstelling als wandelgebied;
    • permanente openstelling (jaarrond);
    • honden aangelijnd toegestaan (hondenlosloopgebieden in directe omgeving situeren)
    • informatiepaneel bij hoofdingang(en)
    • Standaard bebording (gedragsregels) bij elke poort/ elk klaphek;
    • Naar gelang aan Groen Snoer of op andere geliefde (hoger gelegen) plek: enkele rustbanken
  • Akties korte termijn:
    • Koers uit zetten voor intensivering samenwerking: beheerconvenant/‘grensmaasakkoord’ .
    • Opstelling recreatievisie Grensmaas (medio/eind 2009) dient antwoord te geven op vragen als:
    • wat dienen de eindbeheerders te accommoderen of faciliteren aan recreatieve voorzieningen?
    • Waar is horeca, gekoppeld aan bezoekersstromen voor het gebied, mogelijk en
    • gewenst (dorp)?
    • hoe kan de ontsluiting geoptimaliseerd worden in relatie tot de omgeving?
    • Welke ruimte is er voor actieve sportbeoefening (natuur als decor of natuur als fysiek gegeven)
    • Product-marktcombinaties (ruige route-concept, lange afstandswandeling, …)

 

Vragen en antwoorden over natuur vanuit Klankbordgroep:
Vraag 1: In het POL wordt gesteld dat grondeigenaren o.a. gemeenten, RWS en natuurorganisaties verantwoordelijk zijn voor de opruiming van het zwerfvuil. Overleg hierover met het buitenland heeft nog niets opgeleverd en zal voorlopig ook niets opleveren. Hoe denken de beheerders en dan met name de natuurorganisaties dit aan te pakken??
Antwoord: Het ruimen van zwerfvuil vindt plaats conform afspraken tussen partijen (hier: in projectfase door RWS en CG, na projectfase door RWS en Staatsbosbeheer). Praktijk: inzameling door Staatsbosbeheer met inzet van aannemer of met lokale verenigingen. Afvoer in verzamel-containers door RWS. Beheerders spannen zich in voor structurele oplossingen ‘aan de bron’ (dus
internationaal) in samenspraak met andere organisaties en overheden. Ruimen van zwerfvuil is dus in beginsel een tijdelijke maatregel totdat het probleem afdoende is opgelost. Op vlak van waterkwaliteit gaat het reeds beter: in Wallonië worden steeds meer rioolwaterzuiveringsinstallaties aangelegd.

 

Vraag 2: In het gebied is nu een visvijver aanwezig; deze vijver wordt gemiddeld ook een keer per vijf jaar gebruikt als schaatsbaan. Verzoek: Leg in het te vergraven gebied een nieuwe vijver aan. In het
bestemmingsplan van de gemeente is hiermee rekening gehouden. Er is een accoord over bereikt tussen Vestjens en de wethouder Dupont.
Antwoord: Er is geen akkoord; aanleg van een nieuwe visvijver is niet opgenomen in het ruimtelijk plan van de hogere overheid (POL-Grensmaas). Het onderwerp heeft de aandacht van verschillende bestuurders; er is nog geen besluit genomen of er een nieuwe visvijver komt en zo ja waar dan wel.

 

Vraag 3. In het gebied worden grote grazers toegelaten die dan vervolgens gebruik moeten maken van de geplande ecologische doorgang langs de Kanjelbeek om richting Borgharen te gaan. Deze doorgang, midden in Itteren, is te smal wegens containerpark, jeux deboules-baan, parkeerplaats en kinderspeelplaats. Daarnaast moeten de grazers twee keer de weg voor het doorgaande verkeer oversteken. Dit zal gevaarlijke situaties opleveren zowel voor mens als dier. De Dorpsraad ziet een betere oplossing voor de ecologische verbinding via een onderdoorgang van de weg 'Op de Bos'. Hoe denkt Staatsbosbeheer een goede ecologische verbinding te realiseren?
Antwoord: POL-Grensmaas voorziet inderdaad in een doorgaande verbinding met Borgharen via het tracé van de Kanjelbeek. Deze zone wordt integraal meegenomen in het natuurbeheer voor de Grensmaas met grote grazers. De breedte van deze doorgang is ruim 100 meter. Voorzieningen die binnen de doorgang liggen en het ecologisch functioneren hinderen, dienen verwijderd en uitgeplaatst te worden. Dit zal in goed overleg met gemeente Maastricht, Dorpsraad en andere belanghebbenden beschouwd moeten worden. De doorgaande weg kan aan beide zijden voorzien
worden van een vee-kerende voorziening (wildroosters) en waarschuwingsborden voor het verkeer. Over een weglengte van circa 100 meter dient rekening te worden gehouden met overstekende dieren. Wildroosters met aan weerszijde openingen in de staafdragende constructies kunnen de uitwisseling van dieren aan weerszijde van de weg verder bevorderen (kleine zoogdieren, loopkevers, padden, enzovoorts).

 

Vraag 4. Noordelijk van Itteren aan weerszijden van de Kanjel ligt een groot gebied dat niet ontgrind wordt. Blijkbaar wordt dit gebied ook natuur. Vroeger was dit gebied een gemengd cultuurlandschap van overwegend hoogstamfruitbomen afgewisseld met akkerlanden waarbij de scheiding tussen de
percelen veelal uit meidoornhagen bestond. Verzoek: Breng dit cultuurlandschap deels terug. Zowel recreatief als educatief krijgt het totale gebied een aanzienlijke meerwaarde en niet onbelangrijk ook een hogere graad van acceptatie bij bewoners (Nb in het heuvelland staat men in voorjaar hiervoor in de file). Het groene maar eentonige kralensnoer van de Grensmaas wordt hierdoor
verrijkt met een prachtige parel.
Antwoord: We kiezen hier voor een landschap dat aanwezig was voordat de mens het ‘in cultuur’ bracht. Het landschap gaat hier anderszins een aanzienlijke meerwaarde krijgen doordat er afwissende landschapsbeelden zullen ontstaan van beekbegeleidende vegetaties, struwelen, grazige delen en pleksgewijs ook bos. Aan de oostzijde van de Kanjelbeek zal de Geul dichter naar het dorp toegetrokken worden. Op slechts enkele kilometers van Itteren en Borgharen zal de liefhebber van
het cultuurlandschap goed aan zijn trekken komen (herstelproject landgoederenzone).


Vraag 5. Het zal de bedoeling zijn dat de grote grazers in het natuurgebied blijven maar wel van het ene naar het andere gebied kunnen trekken. Het zal daarbij niet de bedoeling zijn dat de grazers door de straten van Itteren aan de wandel gaan. Het gebied zal omheind worden, er zullen aantal toegangen komen met wandel, fiets- en ruiterpaden. Hoe wordt dit geregeld?
Antwoord: de wildroosters zullen voorkomen dat de dieren door de straten van Itteren gaan lopen. Binnen het natuurontwikkelingsgebied komen geen ruiterpaden. De paarden van ruiters en menners kunnen in een ongewenste confrontatie komen met in een natuurlijke kuddestructuur levende konikpaarden.


Vraag 6. Wat is het uiteindelijke doel van het gehele gebied? Hiermee wordt bedoeld: welk beeld heeft Staatsbosbeheer bij het uiteindelijke gebied? Is dit puur wilde natuur of is dit ook cultuurlandschap of een mengeling daarvan?
Antwoord: Voor ‘puur wilde natuur’ waarbinnen volledig zelfregulerende processen plaatsvinden zal het Nederlands-Vlaamse Grensmaasgebied te klein zijn en permanent te sterk onder stedelijke invloed staan. Het beeld van bijvoorbeeld de Gelderse Poort zal eerder aansluiten op de huidige verwachtingen voor het Grensmaasgebied dan dat van de Oostvaardersplassen. Het streven naar een grote mate van zelfregulerende natuur is blijft hier het uitgangspunt om een maatschappelijk acceptabele, bijzonder aantrekkelijke en ecologisch haalbare ‘wildernisnatuur’ te laten ontstaan.

 

Vraag 7a. Wordt er onderscheid gemaakt tussen de gebieden waar nu wel en niet gegraven wordt? Hiermee bedoel ik of de doelstelling voor onvergraven natuur en vergraven natuur verschillend zijn, en zo ja op welke punten?
Antwoord: De doelstelling om niet te graven hangt samen met verschillende overwegingen. Zo kan het bijvoorbeeld gaan om behoud van het archeologisch bodemarchief of instandhouding van een beektrace. Sommige vergraven delen worden opgeleverd met een laag dekgrond op een ondoordringbare ondergrond, andere delen worden opgeleverd in dagzoomend grind met een functie als meestromende nevengeul bij hoog water. Processen als bodemverwonding, beschikbaarheid van voedingsstoffen, overstromingsfrequentie bepalen in belangrijke mate de ontwikkeling van de vegetatie. De doelstelling is uiteindelijk een ruime vertegenwoordiging van diverse ecotopen in het Grensmaasgebied te laten ontstaan waar vele soorten van kunnen profiteren. Sturen in waar wat moet komen of waar wat behouden moet blijven zal zich tot een
minimum beperken.


Vraag 8. Op welke wijze wordt de voornoemde doelstelling bereikt gegeven in het kader van de grensmaas uitvoering?
Antwoord: begrazing en vrije dynamiek onder invloed van de rivier.


Vraag 9. Hoe wordt nu (tijdens de uitvoering van grensmaasproject) omgegaan met de gronden van het CG in het onvergraven gebied. Wanneer worden deze gronden al ingezet voor natuurdoelen te realiseren?
Antwoord: het CG treedt in overleg met de eindbeheerders om, daar waar mogelijk en wenselijk, al te werken aan de realisatie van natuurdoelen en publieksopenstelling voordat de het gehele projectgebied definitief zal worden opgeleverd.

 

Aanvullende opmerkingen en conclusies:
De verbindingszone tussen de toekomstige natuur van Borgharen en Itteren is vastgelegd in het POL Grensmaas. Volgens Roomberg valt daar niet meer mee te schuiven. Staatsbosbeheer zegt toe te overleggen met de inwoners van Itteren over de inrichting en afwerking van die doorgang.
De Klankbordgroep krijgt nog nadere informatie over de toekomstige bestemming van de onvergraven natuur. R. Smeets vraagt om meer duidelijkheid over dat onderwerp. Daarbij gaat het met name om de vraag of de huidige percelen landbouwgrond gedwongen omgedoopt kunnen worden in natuurgebieden. (uitkomst navraag: het Consortium stelt alles in het werk om percelen onvergraven natuur minnelijk te verwerven. Er is geen onteigeningstitel voor onvergraven natuur).
In het voorjaar zal op het dekgronddepot ook een spottersplek voor de bevolking worden aangelegd.

 

L. Schoutrop benadrukt de breed gekoesterde wens van de Itterense bevolking om
straks een plek te reserven waar honden los kunnen rondlopen. Hij vraagt ook om
terugkeer van het stukje holleweg nabij het wegkruis bij de entree van het huidige
werkterrein.

 

De volgende bijeenkomst van de klankbordgroep is woensdag 15 april om 19.30 uur in
de Aw Sjoal.